Suriname kent een tropisch klimaat, gekenmerkt door hoge temperaturen, veel zonne-uren en aanzienlijke neerslag.
Volgens de Köppen-Geigerclassificatie zijn er drie hoofdtypes:
Af: Tropisch regenwoudklimaat (noorden, inclusief kustregio’s)
Am: Tropisch moessonklimaat (zuidelijke laaglanden)
Aw: Tropisch savanneklimaat (berggebieden in het zuiden)
In Suriname hebben we 4 seizoenen volgens de methode van het veeljarige gemiddelde der neerslag:
| Seizoen | Periode | Positie ITCZ |
|---|---|---|
| 🌧 Kleine regentijd | Eerste helft december – Tweede helft januari | Boven Suriname |
| ☀️ Kleine droge tijd | Tweede helft januari – Tweede helft maart | Ten zuiden van Suriname |
| 🌧 Grote regentijd | Tweede helft maart – Eerste helft augustus | Boven Suriname |
| ☀️ Grote droge tijd | Eerste helft augustus – Eerste helft december | Ten noorden, boven de Atlantische oceaan |
Zelfs in de droge tijden valt er gemiddeld nog 100–150 mm regen per maand.
Dagelijks gemiddelde minimum: 21–24 °C rond zonsopkomst
Dagelijks gemiddelde maximum: 31–34 °C in de vroege middag
Jaarlijkse gemiddelde temperatuur: ± 27 °C
In berggebieden kan het ’s nachts dalen tot net boven de 10 °C
Suriname ligt in de invloedssfeer van zowel de noordoostpassaat en zuidoostpassaat.
Sibibusies: sterke, lokale windstoten tijdens felle buien.
Uitlopers van orkanen, El Niño en La Niña beïnvloeden de neerslagpatronen.
Kies hieronder een categorie om verder te gaan: